Loading...
 

Lucas 14, 12-14

Lucas 14, 12-14: Nodig arme mensen uit

De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1650)

Jezus zei tegen de man die hem uitgenodigd had: ‘Stel dat je mensen uitnodigt om ’s middags of ’s avonds bij jou te komen eten. Vraag dan niet je vrienden, je familie of je rijke buren. Want dan krijg je ook een uitnodiging om bij hen te komen eten. En zo krijg je iets terug voor je moeite.
Als je mensen thuis uitnodigt, vraag dan arme mensen, zwervers en bedelaars. Het echte geluk is dan voor jou. Want die mensen kunnen niets voor jou terugdoen. Daarom zal God je belonen, op de dag dat goede mensen opstaan uit de dood.’



Dichter bij de tijd

(C. LETERME, Map Bijbel in 1000 seconden, fiche die hoort bij Lucas 14, 1.7-14)

Tegen zijn gastheer zei Jezus:
‘Wanneer je ‘s middags of ’s avonds een etentje geeft,
nodig dan niet je vrienden, broers en familie uit
en ook geen rijke buren.
Want dan nodigen zij je op hun beurt weer uit,
en krijg je terug wat je gedaan hebt.
Als je een etentje geeft, nodig dan liever armen uit,
mensen met een handicap, kreupelen en blinden.
Je zult gelukkig zijn, omdat zij je niets kunnen terugdoen.
Daar zal God je voor belonen
bij de verrijzenis van de goede mensen’.



Stilstaan bij ...

Maaltijd / etentje
De maaltijd is een belangrijk gebeuren in het leven van christenen. In het ‘breken van het brood’ en het ‘drinken uit de beker’ waarbij iedereen welkom is, zien christenen het beeld van het Rijk van God.
Zoals men christenen ‘mensen van de weg’ noemt, zo zou men ze ook ‘mensen van de tafel’ kunnen noemen.

Armen
Jezus stelt niet voor om aan de armen iets te geven, maar om er samen mee te eten. Want uiteindelijk wordt men uitgenodigd aan de tafel van dezelfde God.

Niet kunnen vergelden / Niets kunnen terug doen
Echte goedheid verwacht niets terug.





Bij de tekst

Parabel

Een parabel / gelijkenis...
... informeert over God en zijn Rijk
De maaltijd is het beeld van het Rijk van God. Wie hoogmoedig is, hoort er eigenlijk niet thuis.

... roept op tot een aangepaste levenshouding
Jezus roept de mensen op om de eigen kring te doorbreken.

Lees meer over parabels





Bijbel en kunst

Glasraam

1539, Eglise St-Saën, Saint-Saëns (Frankrijk)
(Inspiratiebron: Dries van den Akker sj/2010.08.18 in http://www.beeldmeditaties.nl)

Koning Lodewijk


Dit glasraam maakt deel uit van een cyclus over de heilige koning Lodewijk van Frankrijk († 1270). Het toont hoe de koning armen aan tafel uitnodigde. Dat staat ook op de banderol: 'Pauvres en table les samedis / Dinoient avec le Roy S. Loys’ (= ’s Zaterdags dineerden armen aan tafel met koning Lodewijk.)


Dit glasraam lijkt de woorden van Jezus te illustreren: 'Wanneer u ’s middags of ’s avonds een feestmaal geeft, roep dan niet uw vrienden bij elkaar, of uw broers, of uw familie, of rijke buren. (...) Nodig liever, als u een feest aanricht, armen uit, gebrekkigen, kreupelen en blinden. ' (Lucas 14, 12-13)

De koning, met kroon op, zit links aan het hoofd van de tafel. Een baldakijn boven zijn hoofd benadrukt zijn waardigheid. Aan zijn linkerhand zit een arme kale man. Naast die arme zitten twee rijk en kleurig geklede genodigden die elkaar ongelukkig aankijken. Ze voelen zich duidelijk niet goed bij deze situatie.
De kunstenaar confronteert ons in dit werk met de reactie die de aanwezigheid van de arme in het milieu van de koning teweeg brengt. De rijken kijken elkaar ongemakkelijk aan en hebben geen oog voor de arme in hun midden. Dit in contrast met de koning van wie de handen duidelijk maken dat hij de arme toespreekt.

Zou de kunstenaar in koning Lodewijk het beeld zien van Christus?
Of is Jezus te herkennen in de arme?





Suggesties

Kleine kinderen

DOEN

Tekenen

De kinderen tekenen een tafel waaraan allerlei soorten mensen zitten.



Collage

Materiaal
Groot blad, tijdschriften, lijm.


Verloop
Teken op een groot blad papier een tafel. De kinderen scheuren (knippen kan ook, maar geeft niet zo'n mooi resultaat) uit tijdschriften allerlei soorten mensen (groot, klein, dik, dun, blank, zwart, geel, man, vrouw, kind...) die ze nadien rond die tafel kleven.
Voor meer info, zie: collage





Grote kinderen

VERDIEPEN

Wie is er welkom?

Vertel
Volgende week is het jullie verjaardag. Je mama zegt dat ze voor jou een feestje wilt organiseren.
- Wie wil je allemaal uitnodigen?
De kinderen noteren dat op een briefje.
Ga met de kinderen dieper in op de reden waarom ze iemand uitnodigen.
Vertel dan het laatste deel van het evangelie:
'Wanneer u 's middags of 's avonds een etentje geeft, nodig dan niet uw vrienden, broers en familie uit en ook geen rijke buren. Want dan nodigen zij u op hun beurt weer uit, en krijgt u terug wat u gedaan hebt. Als u een etentje geeft, nodig dan liever armen uit, mensen met een handicap, kreupelen en blinden. U zult gelukkig zijn, omdat zij u niets kunnen terugdoen. Daar zal God u voor belonen bij de verrijzenis van de goede mensen.'
Wie zou Jezus in ons geval ook nog uitnodigen?


Belangrijk
. Jezus heeft het over armen, mensen met een gebrek of een handicap, blinden. Het spreekt voor zich dat je dit begrip opentrekt en minder letterlijk leest.

. Indien de groep kinderen elkaar nog op andere momenten tegenkomt (bv. school; jeugdbeweging), stimuleer ze dan zeker niet om teveel concrete namen te vermelden. Dit gesprek heeft vooral de bedoeling om de aandacht van de kinderen te trekken op: 'iets doen, zonder dat men er iets voor in de plaats verwacht.'





VERTELLEN

Welkom

(Bewerking van een verhaal waarvan de oorsprong onbekend is)

In de straat van Thomas woont een man, helemaal alleen.
Hij komt heel weinig buiten.
En al woont hij er al een jaar, niemand kent hem.
Maar ze praten wel over hem:
'Zeg, hij ziet er maar een sukkel uit, daar spreek ik niet tegen' of
'Hij moet zelf eerst maar goeiedag zeggen.'

Op een avond valt alle licht uit in de straat van Thomas.
'Mama, waarom doe je het licht uit?' vraagt Thomas.
'Ik heb het helemaal niet uitgedaan, Thomas, het viel vanzelf uit.
Wacht, ik zoek een kaars!'
Mama probeert in het donker een kaars te vinden en wat lucifers.
'Joepie, we hebben licht!' roept Thomas
als mama een kaars aangestoken heeft.
'Eigenlijk is kaarslicht wel gezellig,' zegt Thomas.
In de buurt zien ze overal kaarsen branden,
behalve bij de man zonder naam.
'Mama, die man heeft geen licht! Zal ik hem licht brengen?'
'Nee Thomas, laat maar, laat die man toch gerust.'
'Toe mama?'
'Ga dan maar!'
Mama steekt een kaars aan
en Thomas gaat heel voorzichtig naar de overkant
met zijn hand beschermend om het vlammetje,.
Hij gaat heel traag langs de oprit naar de achterdeur.
De man zit in een zetel aan het raam.
Verschrikt kijkt hij naar het licht.
'Dag meneer, ik kom u wat licht brengen.'
De man doet de deur open en zet de kaars op de tafel.
'Meneer, hoe heet je eigenlijk?'
'Ik ben Harrie, en jij?'
'Ik ben Thomas van de overkant'
'Dank je wel voor het licht, lieve jongen.'
Springend loopt Thomas naar huis.
'Ik weet hoe de man heet: Harrie. Het is een lieve man hoor!'
's Anderendaags vertelt Thomas aan iedereen in de straat
over de stille buurman die Harrie heet.

De week nadien is Thomas jarig.
Het is de gewoonte dat bij een verjaardag
alle mensen uit de buurt uitgenodigd worden voor een feestje.
'Thomas, nodig Harrie ook maar uit,' zegt mama.
Harrie komt, een beetje schuchter.
Hij blijft wat in de deur staan.
Iedereen bekijkt hem van kop tot teen.
'Harrie, kom maar naast mij zitten,' zegt Thomas,
'ik zal je de mensen uit de buurt leren kennen.'
Harrie zegt niet veel
maar gaat die avond heel gelukkig naar huis.

Van dan af is hij er altijd bij voor de feestjes in de straat.
Hij is welkom, ook al kan hij niemand terug uitnodigen,
en heeft hij nooit een geschenkje bij.





Jongeren

ACTUALISEREN

De parabel herschrijven

Nodig de jongeren uit om de parabel die Jezus vertelde te herschrijven vanuit wat er in de wereld / ons land gebeurt.
- Wie (welke landen / bevolkingsgroepen) zit aan tafel?
- Wie (welk land / bevolkingsgroep) vindt dat hij de beste plaats moet innemen?
- Wie (welk land / bevolkingsgroep) zou die betere plaats wel verdienen?


Bedenking
Je kunt ook overwegen om de parabel dichter bij het leven van de jongeren opnieuw te laten vertellen, maar dat houdt het risico in moraliserend te worden.



Illustratie van Fano

Fano 22


Op de deur links staan de Spaanse woorden: poder (macht) en honor (eer)
Bespreek verder deze illustratie in het licht van deze gelijkenis uit het evangelie van Lucas.
- Wie staat in de rij?
- Wie staat als eerste? Wie vertegenwoordigen ze?
De vijfde en zesde persoon in de rij vertegenwoordigen de armen. Merk op dat zij niet naar de deur kijken, maar naar Jezus die achter hen staat. De deur van zijn hart staat open.
- Voor wie? Voor wat?


Maak een grote ‘lijntekening’ van de zeven personages die in een rij voor een deur staan. (Contouren volstaan) Inspireer je hierbij op de bovenstaande illustratie van Fano.
Vul nadien de contouren op met passende woorden of situaties die in een krant te vinden zijn.
Zoek een geloofwaardig alternatief voor de Jezusfiguur.
- Welke woorden komen op de deur te staan?


Belangrijk
Niet de collage die gemaakt wordt, is belangrijk, maar het gesprek dat zich ontspint bij het zoeken naar woorden en eventueel ook beelden in de krant.